Korenmolen in Poortugaal (verdwenen)
We zijn op zoek gegaan naar een (klein) stukje geschiedenis van de korenmolen die gestaan heeft aan de Molenweg/Molendijk en nu Poest Clementlaan heet.
Lastig is het vinden van het bouwjaar van de molen, het varieerde van 1500 tot 1750 maar het juiste jaar is niet te vinden, het is gissen in de stukken daarover. Meest aannemelijke verklaring is dat de molen gebouwd is op deze locatie en daar later weer is herbouwd
Twee stukken in de archieven staan aan dit vermoeden ten grondslag:
Gevonden onder nr. 17360
- Plaats: Poortugaal
- Gebouwd: 1455 – voor
- Verdwenen: 1750 of eerder
- Aandrijving: windmolen
- Type: standerd molen
- Functie: korenmolen
We houden ons vast aan het jaar 1583, genoemd in het boek van Arie Beukelman, “Poortugaalse boerderijen en hun bewoners” waarin de eerste molenaar Jan Jacobsz als molenaar uit Poortugaal wordt genoemd.
Vanaf 1583 is het een voortdurende wisseling van molenaars die meestal met hun gezin bij de molen woonden. Het molenterrein omvatte meer dan de molen, die niet bewoond werd, erbij hoorde een huis, tuin, boomgaard, waardoor het molenaarsgezin in eigen behoefte kon voorzien.
De molenaars kwamen vooral uit Poortugaal, Rhoon en soms uit Pernis, Charlois en uit de Hoekse Waard.
Na Jan Jacobszn lezen we bijv. dat in 1647 dat Symen Dammenzn uit Rhoon als molenaar in Poortugaal werkzaam was, waarna in 1660 de molen werd gekocht door Cornelis Janszn Monseur die al na een jaar in 1661 de molen verkocht aan Leendert Pieterszn Visser.
De verkoopprijs van de molen plus gevolgen (= huis, tuin enz.) lag heel lang tussen de f 6000 en f 7000, maar als de molen werd verkocht binnen de familie werd dat een heel ander verhaal.
Leendert Visser bijvoorbeeld transporteerde de molen op 30 mei 1713 voor f 800 aan zijn zoon Jan Leendert Visser die zijn vader opvolgde als molenaar.
In de molendatabase lezen we dan het volgende over dezelfde molen:
- Gevonden onder nr. 01914
- Plaats: Poortugaal
- Gebouwd: ca. 1750
- Verdwenen: 1920 gesloopt 1964
- Aandrijving: stenen windmolen
- Type: bovenkruier
- Functie: korenmolen
Jan Visser verkocht in 1740 de helft van de molen met erf aan neef Gerrit Braat, waarna in 1760 Jan Visser zijn helft verkocht voor f 450 aan de broer van Gerrit, Leendert Braat en was Leendert de nieuwe eigenaar van de molen.
In 1850 lezen we een hele nare geschiedenis over de verkoop van de molen. Willem Hoogwerf de toenmalige eigenaar van de korenmolen, verkocht zijn molen met huis, erf en boomgaard voor f 7000 aan Kornelis Kluit uit Goidschalxoord’.
Hierover schrijft Vermaat in 1851 in zijn dagboek o.a.
“Willem Hoogwerf kreeg spijt van de van de verkoop een drong aan op ontsluiting van de koop, echter Kornelis Kluit hield vast aan zijn regt van eigendom. Willem Hoogwerf trok zich dat zodanig aan dat op de 9e januari zijn neef die bij hem werkzaam, was hem levenloos aantrof.”
Op 1 februari 1851 droeg de weduwe van Willem Hoogwerf in volle eigendom de stenen molen met gevolgen voor f 7000 0ver aan Cornelis Kluit.
Veel plezier heeft Cornelis Kluit niet van zijn nieuwe bezit gehad, want al in 1853 was er een openbare veiling en verkoping en was de landbouwer Leendert de Zeeuw uit Hoogvliet de koper. Leendert de Zeeuw verkocht de molen in 1868 aan Kleis Kranenburg uit Hoogvliet voor f 7400, de molen bleef tot dan zijn waarde behouden.
Helaas kreeg het verhaal van de molen een negatieve wending door de verkoop van de molen van Jan Bakker aan Pleun Jasper van der Linden uit Rhoon voor f 6500 in april 1919.
Al drie jaar later, 22 november 1922 verkocht Pleun van der Linden de molen aan Cornelis Breevaart onder het beding dat de molen niet meer als korenmolen gebruikt mocht worden, en kwam er zo een einde aan de eeuwenlange molenfunctie.
Zelf vestigde hij zich op de naastgelegen boerderij. Wat zou de reden geweest zijn van Pleun van der Linden om de korenmolen zijn werk niet meer te mogen doen?
Cornelis Breevaart werd, samen met zijn gezin, de eerste bewoner van de molen, en begon een snoepwinkeltje in de inmiddels onttakelde molen (wieken eraf, lelijke reclameborden er tegenaan).
Na het overlijden van Breevaart in 1961 was het einde snel nabij. De molen stond op een hoger gelegen en onoverzichtelijke plek op de Poest Clementlaan, waar het, door het drukker wordende verkeer, toch wel gevaarlijk werd. Althans dat vond het toenmalige gemeentebestuur. Zij kocht de molen en werd de molen in 1964 gesloopt.
De molenstenen en een markering op de weg laten zien waar ooit de korenmolen heeft gestaan.
Dank aan Arie Beukelman voor het lenen van zijn boek en aan Kor van Pelt en Cees Zevenbergen voor het boekje Poortugaal in woord en beeld.